Erven met behulp van basislijnen
- Lango: Language and translation manager
Moeilijkheidsgraad: beginner
Leerdoelen
Na het lezen van dit artikel zul je in staat zijn om:
Basisfuncties herkennen
Erven van basislijn ouder
Het basisprincipe van Workplace is dat alle baselineconfiguratie afkomstig is van een bovenliggende (baseline) laag.
Door deze opzet kan een client alle configuratie gebruiken die beschikbaar is in de baseline. Dus zonder iets op clientniveau te hoeven aanpassen, kan een Workplace-omgeving worden opgezet.
Waar vinden we erfenis
Voor het lezen: De komende onderwerpen zijn (voorlopig) informatief. Voor je eerste implementatie zul je waarschijnlijk alleen de basisfuncties gebruiken.
Hieronder laten we je zien hoe je onderscheid kunt maken tussen baseline en klantspecifieke configuratie, maar ook hoe je kunt herkennen van welke baseline bijvoorbeeld een bepaalde pagina is geërfd.
Overerving wordt in de hele Workplace omgeving gebruikt. In dit artikel beschrijven we op welke niveaus we overerving gebruiken en hoe je deze kunt herkennen. Dit zou moeten helpen verklaren waarom sommige velden/pagina's bewerkbaar zijn en andere niet. Voorbeelden van configuratie items die worden overgeërfd zijn:
menustructuren
categorieën
werkstromen
pagina's
functies
velden
toegangsrechten
gebruikersgroepen
profielen
Met een baseline kun je dus sneller en efficiënter een omgeving opzetten. Na de initiële setup kunnen later klantspecifieke wijzigingen worden toegevoegd. Hieronder worden enkele voorbeelden gegeven van overgeërfde configuratie-items.
Categorieën
Geërfde (vaak 'standaard' genoemde) categorieën worden in grijs weergegeven. Wanneer een klantspecifieke categorie wordt toegevoegd, wordt deze in een andere kleur weergegeven.
Baseline categorieën hebben voorgedefinieerde pagina's, velden en vaak een workflow.
Pagina's
Standaard zijn er veel (basis)pagina's beschikbaar. Elke pagina kan het volgende erven velden van de pagina erboven. Als er meerdere pagina's met dezelfde naam zijn, wordt de laagste pagina in de hiërarchie gebruikt in de omgeving. Als er een clientspecifiek veld wordt toegevoegd, wordt dit in de lijst weergegeven met de clientlaag.
Velden
Er zijn standaard objectvelden voor elk object. Deze worden geërfd van de hoofdlaag.
Sommige objecten in Workplace hebben categorieën. Voor objecten met categorieën kunnen aangepaste objectvelden worden gemaakt. De velden die worden toegevoegd op een basislijn hebben een prefix die verwijst naar deze specifieke basislijn. Door naar de prefix te kijken kunnen we onderscheiden van welke baseline deze velden afkomstig zijn. Als er geen prefix is, kijk je naar een basisveld.
Hoe kun je opzoeken welke (aangepaste) velden een object heeft?
Om objectvelden te vinden kunnen we navigeren naar de menuoptie: Configuratie > Objecten > zoek het object waarvan je de velden wilt zien > druk op de "velden" tab
Voor aangepaste objectvelden kunnen we ook naar de menuoptie gaan: Configuratie > Objecten> klik op het categoriepictogram (de kaart rechtsboven) > druk op een categoriemap
Elke pagina heeft zijn eigen paginavelden. Wanneer deze paginavelden geërfd zijn van een basispagina, kunnen ze niet bewerkt worden in de paginadefinitie. In dit geval worden alle velden grijs weergegeven.
Werkstromen
De workflow voor aanvragen bijvoorbeeld, wordt ook geërfd van een baseline. Deze baseline workflow(s) (processen) zijn niet bewerkbaar. Dit is gemakkelijk te herkennen omdat de velden grijs zijn weergegeven.
Scripts
Via Axxerion scripting wordt aangepaste logica toegevoegd aan de baseline van uw Workplace omgeving. Scripts worden ook geërfd van hogere baseline(s).
Door naar de scriptreferentie te kijken, kun je zien van welke laag dit script is geërfd:
FMB- de Facility Management baseline;
GOB - de Go Baseline.
Voor de duidelijkheid: baseline configuratie kan nooit worden gewijzigd, tenzij deze wordt overschreven (in dat geval wordt de functionaliteit niet langer als baseline beschouwd). We zullen je meer vertellen over overschrijven in de komende artikelen. Dit is nu niet relevant.
Samenvatting
Zoek op